Skollie’s bridgeblog
win een toernooi in zes spellen
een strafdoublet op twee klaver
denken over de Bermudabowl, maar ook 3SA spelen
terug uit Istanbul, Rik en Lennie in de paren
verder na een informatiedoublet
starten met twee azen en een singelton
Bakkeren volgt op een vierkaart
Bridgetraining I
Het spel van afgelopen donderdag is goed geschikt voor een bridgetraining (blijf trouwens jullie verhalen over het spel insturen!). Daarvoor zijn spellen waar veel beslissingen te nemen zijn ideaal. Er is veel stof voor discussie. Hier voor het gemak nog even het hele spel:
Eerst natuurlijk de vraag of je gewoon 1♣ opent of misschien 5♣, geen 1♥ graag. Als je 5♣ opent kan je makkelijk een slem missen. Is het je dat waard? Een goede reden om 5♣ te openen kan zijn dat je toch nooit 4♠ wil verdedigen. Waarom dan de tegenpartij de ruimte geven om hun handen te omschrijven?
Stel dat Zuid 1♣ opent: wil je bieden met de westhand? Een weak jump is niet zo gek met deze hand. Dat kan alleen als partner zich er niet te veel van voorstelt. Nu zou natuurlijk ook de discussie kunnen ontstaan over wat (1♣)-2♦ het beste kan betekenen. Velen spelen hier 2♦ om beide majors aan te geven, zodat ze 2♣ natuurlijk kunnen volgen. Als 2♦ niet beschikbaar is, zal je wel voor pas kiezen, toch? 1♦ lijkt wat extreem, of dan maar 3♦?
Aan de hand van wat er aan de verschillende tafels gebeurde kom je al snel op andere discussiepunten:
Eens met een strafpas na 1♣-(2♦)? Wat anders?
Hoe hoog moet Oost nu bieden? Verwacht je met 2♠ het bieden te winnen? Kan je beter proberen wat extra ruimte weg te nemen?
Wat is het beste bod met Oost na (1♣)-pas-(1♦)-?
En wat moet Oost doen als Noord 1♠ zou antwoorden?
Hoe kunnen NZ in de verschillende biedverlopen slem onderzoeken?
Deze bespreking kan lang duren, er zijn zoveel interessante aspecten. En dan hebben we het nog niet eens over het spelen. Wat start West, hoe speelt Zuid 6♣ af? Hoe kunnen OW de goede verdediging vinden?
Neem nu dit biedverloop als voorbeeld:
Dit OW paar heeft de afspraak dat doublet op 4♠ zou vragen om een andere start. Een nuttige afspraak, waar je regelmatig wat aan hebt. Hier maakt het niet veel uit voor de start. Gewoon schoppen of troef om hartenintroevers in dummy te voorkomen?
Neem nu plaats in de ooststoel:
Stel dat West met schoppen start. De leider wint ♠A en speelt ♥Q voor je aas. Wat nu?
Uit het bieden (en partners distributiesignaal?) weet je dat de leider een vijfkaart harten heeft. Je zal ten eerste moeten hopen dat partner ♥10 heeft. Zo niet dan zijn de hartens met één introever hoog. Een 8-5 zal de ieder wel niet hebben, al was het maar omdat partner met ♦QJTxxxx wel 3♦ zou hebben gevolgd. Als de leider een 0526 heeft gaat hij ook niet down: hij troeft een harten af en speelt al zijn troeven: partner komt in een rodekleurendwang. En dan heeft de leider trouwens ook nog eens wat weinig voor zijn 6♣ bod. Er is maar één zitsel dat we aankunnen, en dat is ook nog eens het meest waarschijnlijke, zoals het ook in de praktijk zat.
Tel de slagen van de leider: zeven klavers, één harten, één schoppen, een hartenintroever en twee ruitens maakt twaalf. Dat is vervelend. Maar we kunnen verhinderen dat hij deze slagen kan oprapen. Zie je het al?
Speel ruiten na! Omdat wij een singleton hebben, kan de leider niet direct ♦K oprapen. Maar hij kan het ook later niet meer doen, want dummy heeft geen entree meer.
Leuk spel, he?